#9: Academische gezelligheid
Hoe het met me gaat, vragen mensen me dezer dagen wat vaker dan anders, nu mijn boek Academische gezelligheid met een storm ter wereld kwam. Het gaat. Elke storm heeft een oog en daarin probeer ik me te begeven. Ik wist waaraan ik begon en ik wist dat ik dit te doen had. Meer over mijn drijfveren en perspectieven hoor je in de podcast van EPO, die is opgenomen de dag voor de storm losbarstte. Dat er over het boek veel wordt gezegd en geschreven, is op zich een goede zaak. Enkel de zinvolle bijdragen bereiken mijn ogen en oren – dat is trouwens het geheim om in het oog van die storm te blijven staan. Een van de interessantste bijdragen vond ik die waarin de wetenschap zelf haar licht laat schijnen over haar eigen universiteiten. Sofie Avery, onderzoekster naar grensoverschrijdend gedrag binnen universiteiten, bevestigt in De Morgen dat mijn verhaal en ook de reactie daarop opnieuw die gekende strategie uit de vakliteratuur bevestigt: Deny, Attack, Reverse Victim and Offender (DARVO). Toch ben ik hoopvol. Want patronen zijn er om vroeg of laat te doorbreken. En ik geloof dat de tijden veranderen. Ik lees het in de vele steunberichten die ik krijg. Die zijn afkomstig van professoren die mij danken om de beerput van hun instelling open te trekken, van andere (ex-)doctoraatsstudenten die gelijkaardige zaken hebben meegemaakt, en van heel veel mensen die niets met de academische wereld te maken hebben maar gewoon mee voelen en mee snakken naar die verandering, in alle domeinen van de samenleving. Macht mag plaats ruimen voor menselijkheid. Daarom gaat het dus behoorlijk goed met mij. Omdat ik voel dat we die ommekeer met steeds meer mensen samen belichamen.